REGLEMENT  RAPID-COMPETITIE

De RAPID-competitie bestaat uit 9 rondes van partijen met een speeltijd van 20 minuten per persoon. We spelen deze competitie verdeeld over 3 avonden van 3 speelrondes, en wel op de eerste speelavond na afloop van 1e, 2e en 3e periode.

Iedereen kan meedoen en in elke ronde ‘instappen’. Je kunt dus zelf bepalen hoeveel partijen je op een avond meespeelt.

Net als bij de gewone competitie wordt gespeeld volgens Systeem Keizer, evenwel met 4 belangrijke verschillen:

  • De spelers worden willekeurig ingedeeld
  • Er geldt géén compensatie in geval van niet-deelname
  • In geval van uitvallen t.g.v.  oneven is er een compensatie van 50%
  • Er is géén notatie-plicht
  • Bij gelijk eindigen qua gescoorde Keizerpunten wordt beslist op basis van respectievelijk
    • Onderlinge partij
    • Beslissingspartij met 10 minuten bedenktijd
    • Beslissingspartij met 5 minuten bedenktijd
    • Loting

Daarnaast wordt er volgens de FIDE-regels gespeeld, deze staan hieronder vermeld:

Welke regels gelden er?

  1. Spelers behoeven hun zetten niet op te schrijven.
  2. Zodra beide spelers vanuit de beginopstelling tien zetten hebben voltooid: kan geen correctie worden toegepast op de instelling van de schaakklok en kan er geen claim meer ingediend worden met betrekking tot een onjuiste beginopstelling of een verkeerd geplaatst schaakbord.
  3. Een onreglementaire zet is voltooid zodra de speler zijn klok heeft ingedrukt.
  4. Als de arbiter niet ingrijpt bij een onreglementaire zet, mag de tegenstander claimen, vooropgesteld dat de tegenstander nog niet zijn volgende zet gedaan heeft. Echter, de partij is remise als de stelling zodanig is dat de tegenstander de koning van de speler nooit mat kan zetten.
  5. Als de tegenstander niet claimt en de arbiter niet ingrijpt, blijft de onreglementaire zet gehandhaafd en de partij wordt voortgezet. Als de tegenstander een onreglementaire zet heeft beantwoord kan deze niet meer worden gecorrigeerd, tenzij de spelers dit besluiten zonder tussenkomst van de arbiter.
  6. Om de winst na tijdsoverschrijding te claimen mag betrokkene de schaakklok stilzetten en de arbiter hiervan in kennis stellen. De claim wordt slechts toegewezen als de vlag van degene die claimde niet en die van zijn tegenstander wel is gevallen na het stilzetten van de schaakklok. Echter, de partij is remise als de stelling zodanig is dat de claimende speler de koning van de tegenstander nooit mat kan zetten.
  7. Als de arbiter waarneemt dat beide koningen schaak staan of dat er een pion op de verste rij van zijn uitgangspositie staat, dan moet de arbiter wachten tot de volgende zet is voltooid. Daarna, als de onreglementaire stelling nog steeds op het bord staat, moet hij de partij remise verklaren.
  8. Als de arbiter het vallen van een vlag waarneemt, moet hij het melden.